


Boabdil: De laatste Nasrid-koning van Granada
Boabdil (volledige naam: Muhammad XII, ook bekend als Boabdil el Chico of El Zogo) was de laatste Nasrid-koning van Granada en regeerde van 1482 tot 1483. Hij was de zoon van Mohammed XI, die was afgezet door de katholieke vorsten Ferdinand II van Aragon en Isabella I van Castilië in 1472. Boabdil werd geboren in 1459 en was nog maar een kind toen zijn vader werd omvergeworpen. Hij bracht zijn vroege jaren in ballingschap door aan het hof van het Nasrid-koninkrijk van het emiraat Granada, waar hij een opleiding kreeg en opgroeide met zijn moeder, prinses Eleni. Na de dood van zijn vader keerde Boabdil terug naar Granada en claimde de troon, maar hij was te jong en onervaren om effectief te regeren. In 1482 trouwde Boabdil met Isabella I van Castilië's dochter, Joanna, in een poging haar steun te verwerven voor zijn aanspraak op de macht. troon. Dit huwelijk duurde echter niet lang, aangezien Joanna al snel terugkeerde naar Castilië en met een andere man trouwde. De regering van Boabdil werd gekenmerkt door interne conflicten en machtsstrijd binnen het Nasridenhof, maar ook door externe bedreigingen van de katholieke vorsten. In 1483 werd hij na een lange belegering gedwongen Granada over te geven aan Ferdinand II van Aragon en Isabella I van Castilië. Hij kreeg gratie en mocht zijn titel als koning behouden, maar hij moest de islam afzweren en zich tot het christendom bekeren. Na zijn bekering nam Boabdil de naam Pedro de Granada aan en werd een vazal van de katholieke vorsten. Hij stierf in 1505, en zijn nakomelingen bleven als christenen in Spanje wonen. Ondanks zijn korte regeerperiode en tragische lot wordt Boabdil herinnerd als een symbool van de laatste dagen van de islamitische heerschappij in Spanje en het einde van de Nasrid-dynastie.



