Calcines begrijpen: een soort gesteente gevormd door metamorfisme

Calcines zijn een soort gesteente dat ontstaat door het proces van metamorfose. Ze ontstaan wanneer bestaand gesteente, zoals schalie of kalksteen, wordt blootgesteld aan hoge temperaturen en druk, waardoor de minerale samenstelling en structuur ervan verandert. De term 'calcineren' komt van het Latijnse woord 'calcinare', wat 'verbranden' betekent. ." Dit komt omdat calcines vaak worden gevormd door het verbranden van bestaand gesteente, hetzij door natuurlijke processen zoals het bouwen van bergen, hetzij door menselijke activiteiten zoals metallurgische verwerking. Calcines kunnen zijn samengesteld uit een verscheidenheid aan mineralen, afhankelijk van het oorspronkelijke gesteente waaruit ze zijn gevormd. Een uit schalie gevormd calcinaat kan bijvoorbeeld grote hoeveelheden kwarts en veldspaat bevatten, terwijl een calcinaat gevormd uit kalksteen calciet en dolomiet kan bevatten. Een van de belangrijkste kenmerken van calcines is de stabiliteit bij hoge temperaturen. Omdat ze worden gevormd door het proces van metamorfose, waarbij hoge temperaturen en druk worden uitgeoefend, kunnen calcines extreem hoge temperaturen weerstaan zonder significante veranderingen in hun minerale samenstelling of structuur te ondergaan. Dit maakt ze bruikbaar voor een verscheidenheid aan industriële toepassingen, zoals de productie van cement en andere bouwmaterialen.