Gemot begrijpen: de betekenis van droog vasten in de joodse traditie

Gemot (גמות) is een Hebreeuws woord dat "droog" of "uitgedroogd" betekent. In de Joodse wet verwijst het naar een persoon die gedurende een bepaalde periode, meestal 24 uur, niets heeft gegeten of gedronken. Gedurende deze tijd wordt de persoon geacht in een staat van vasten te verkeren en is het verboden bepaalde activiteiten uit te voeren, zoals eten of drinken, totdat hij zijn vasten verbreekt. In de Joodse traditie wordt gemot vaak gebruikt als een manier om zichzelf te zuiveren. en zich concentreren op geestelijke zaken. Tijdens de dag van Jom Kipoer vasten Joden bijvoorbeeld en onthouden ze zich van andere activiteiten om hun zonden te verzoenen en vergeving te zoeken. Naast de religieuze betekenis kan gemot ook breder worden gebruikt om een persoon te beschrijven die zich droog voelt. of uitgedroogd, fysiek of metaforisch. Iemand die niet genoeg water heeft gedronken, kan bijvoorbeeld worden omschreven als iemand die in een staat van gemot verkeert.