


Assays begrijpen: typen en toepassingen
Een assay is een laboratoriumtest of procedure die wordt gebruikt om de concentratie of potentie van een stof, zoals een medicijn, hormoon of enzym, te meten. Het gaat om het meten van de hoeveelheid van de stof die in een monster aanwezig is, vaak met behulp van een specifieke techniek of methode. Assays kunnen kwalitatief zijn, wat betekent dat ze bepalen of een stof aanwezig is of niet, of kwantitatief, wat betekent dat ze de exacte hoeveelheid van de aanwezige stof meten. . Veel voorkomende soorten tests zijn onder meer:
1. Enzyme-linked immunosorbent assay (ELISA): Een test die wordt gebruikt om de concentratie van eiwitten in een monster te detecteren en te meten. Polymerasekettingreactie (PCR): Een techniek die wordt gebruikt om specifieke DNA-sequenties in een monster te amplificeren.
3. Hogedrukvloeistofchromatografie (HPLC): Een methode die wordt gebruikt om de componenten van een mengsel te scheiden, identificeren en kwantificeren. Radioimmunoassay (RIA): Een test waarbij gebruik wordt gemaakt van radioactieve isotopen om de concentratie van een stof in een monster te meten.
5. Enzyme-linked immunosorbent spot (ELISPOT): Een test die wordt gebruikt om het aantal cellen te meten dat een specifiek eiwit produceert als reactie op een stimulus. Tests zijn belangrijk op veel gebieden, waaronder de geneeskunde, biotechnologie en onderzoek, omdat ze waardevolle informatie verschaffen over de aanwezigheid en concentratie van stoffen in monsters. Deze informatie kan worden gebruikt om ziekten te diagnosticeren, de effectiviteit van behandelingen te monitoren en nieuwe medicijnen en therapieën te ontwikkelen.



