


Het moedige geloof van Abednego
Abednego is een naam die in de Bijbel voorkomt, met name in het boek Daniël. Het is de naam die werd gegeven aan een van de drie Hebreeuwse jongens die door koning Nebukadnezar in een vurige oven werden gegooid omdat hij weigerde hem te aanbidden. De andere twee jongens heetten Mesach en Sadrach. De naam Abednego is afgeleid van de Hebreeuwse woorden "av" wat "vader" betekent en "nedeg" wat "genade" betekent. Samen betekent de naam 'vader van genade'. In het verhaal van Daniël 3 beveelt koning Nebukadnezar zijn ambtenaren om hem enkele jonge mannen van adellijke afkomst te brengen die wijs en bekwaam zijn in literatuur en wijsheid. De drie jongens, Mesach, Sadrach en Abednego, worden gekozen en opgeleid aan het hof van de koning. Wanneer de koning hen echter gebiedt hem als een god te aanbidden, weigeren ze dit, daarbij verwijzend naar hun geloof in slechts één God. Als gevolg hiervan worden ze in een vurige oven gegooid, maar komen ze er ongedeerd uit, dankzij de tussenkomst van een engel die hen beschermde. Het verhaal van Abednego en zijn twee vrienden wordt vaak gezien als een voorbeeld van trouw en moed in het aangezicht van tegenspoed, en hun weigering om compromissen te sluiten met hun overtuigingen, wordt gevierd als een bewijs van hun geloof in God.



