


Schwann-cellen begrijpen: hun functies en rol bij neurologische aandoeningen
Schwann-cellen zijn een type cel dat ondersteuning en isolatie biedt aan zenuwvezels in het perifere zenuwstelsel. Ze zijn vernoemd naar de Duitse fysioloog Theodor Schwann, die ze voor het eerst beschreef in de 19e eeuw. Schwanncellen worden geproduceerd uit de neurale lijst, een soort stamcel die aanleiding geeft tot veel verschillende soorten cellen in het lichaam. Ze worden overal in het perifere zenuwstelsel aangetroffen, inclusief de zenuwen die het centrale zenuwstelsel (de hersenen en het ruggenmerg) verbinden met de rest van het lichaam. Een van de belangrijkste functies van Schwann-cellen is het produceren van een stof genaamd myeline, die een vettige isolatielaag die de axonen van zenuwvezels omringt. Myeline helpt de overdracht van elektrische signalen langs de zenuwvezels te versnellen door de weerstand tegen de ionenstroom te verminderen. Het helpt ook de zenuwvezels te beschermen tegen schade en ondersteunt hun overleving. Naast de productie van myeline bieden Schwann-cellen structurele ondersteuning aan de zenuwvezels en helpen ze de integriteit van het zenuwweefsel te behouden. Ze kunnen ook beschadigde zenuwvezels repareren door nieuwe myeline te produceren en de regeneratie van de axonen te ondersteunen. Over het geheel genomen spelen Schwann-cellen een cruciale rol in het functioneren van het perifere zenuwstelsel, en hun disfunctie is betrokken bij een reeks neurologische aandoeningen, waaronder multiple sclerose en de ziekte van Charcot-Marie-Tooth.



