


Inzicht in het landhuissysteem van middeleeuws Europa
Manorial is een woord dat is afgeleid van het Latijnse woord 'manerium', wat 'een woonplaats' of 'een landgoed' betekent. In de context van de middeleeuwse geschiedenis was een landhuis een zelfvoorzienend landgoed dat de woning van een heer, landbouwgrond, weilanden en lijfeigenen omvatte. De heer van het landhuis was eigenaar van het land en de lijfeigenen die het bewerkten, en in ruil voor hun arbeid ontvingen de lijfeigenen bescherming, gerechtigheid en een plek om te wonen. Het landhuis was de dominante sociale en economische structuur in middeleeuws Europa, vooral in in Engeland en Frankrijk. Het werd gekenmerkt door een hiërarchische relatie tussen de landheer en de lijfeigenen die op het landgoed woonden en werkten. De heer was eigenaar van het land en de lijfeigenen moesten het bewerken in ruil voor hun eigen percelen en bescherming. Het landhuissysteem was een zelfvoorzienend systeem waarbij de heer en de lijfeigenen van elkaar afhankelijk waren om te overleven. Het landhuissysteem raakte in de 14e en 15e eeuw in verval toen het feodalisme plaats maakte voor meer gecentraliseerde regeringsvormen en de opkomst van steden en handel. De erfenis van het landhuissysteem is echter nog steeds terug te zien in het moderne concept van een 'landhuis' of een groot landgoed dat eigendom is van een rijk individu of familie.



