


Zoutkruid (Suaeda vermiculata): een vetplant aan de kust met eetbare bladeren en geneeskrachtige eigenschappen
Zoutkruid (Suaeda vermiculata) is een soort vetplant die afkomstig is uit kustgebieden in de tropen en subtropen van de Oude Wereld, waaronder Afrika, Azië, Australië en de eilanden in de Stille Oceaan. Het is ook bekend als zeebiet, stranderwt of zeekraal. Zoutkruid is een eenjarig of meerjarig kruid dat tot 30 cm hoog kan worden. De bladeren zijn klein, omgekeerd eivormig tot spatelvormig en hebben een dikke, vlezige textuur waardoor de plant water kan opslaan. De bloemen zijn klein, wit en verschijnen in trossen aan de uiteinden van takken. Zoutkruid is goed aangepast om te groeien in kustomgevingen met een hoog zoutgehalte, zoals stranden, duinen en zoutpannen. Hij kan een breed scala aan zoutgehalten verdragen, van brak water tot volledig zeewater, en wordt vaak aangetroffen in gebieden waar andere planten niet kunnen overleven. De sappige bladeren van de plant helpen hem water vast te houden en te beschermen tegen het intense zonlicht en de hoge temperaturen in kustomgevingen. Zoutkruid wordt al eeuwenlang door mensen als voedselbron gebruikt. De bladeren en jonge scheuten zijn eetbaar en kunnen rauw of gekookt worden gegeten. De plant wordt ook medicinaal gebruikt, omdat deze verbindingen bevat die ontstekingsremmende en antibacteriële eigenschappen hebben. Bovendien wordt Zoutkruid gebruikt als sierplant in tuinen en landschappen, vooral in kustgebieden, waar het door zijn unieke uiterlijk en aanpassingsvermogen aan zoute omstandigheden een opvallende verschijning is.



